www.DeBaets.be
Wijken en gehuchten.
Oorsprong der benamingen.
Door hare groote uitgestrektheid, zijn in deze gemeente een groot aantal wijken en gehuchten, n.l. : Akker, Appelboom, Balgerhoeke, Boterhoek, Heulendonk, Hoeke, Hooge Murkel, Kallestraat, Kerselaar, Kleemputte, Kruisken, Lage Murkel, Moerwege, Mollevijver, Onderdijke, Plasschendaele, Raveschoot of Raverschoot, Veldekens en Westeindeken.
Oude plaatsnamen treft men aan in :
1227 : Balgerhoecke, Calwestrate, Helevelde.
1420 : Beerbele, Briel, Celiebrugge, Cleemputstraete, Hoepelkine, Hooge : Padelkine, Moerwege, Pottenmeersch.
1470 : Berch, Cleemputtenbroeck, Ghentwech, Leemputten, Murkere, Murkerstrate, Murkervelt, Oostackerbroeck, Warrem, Westbeke.
1562 : (Kaart van Pourbus) Beuterhoek, Grijze Meulen, Morsboone, Menskerken wech, Meulemoech, Oude Brugsche weg, Steenkins rabot.
1600 : Brielgate, Brouckelinge, Calluwaertstraetken, Harenlare, Hullendonck, Langhe Wilghe, Maesbosch, Meulenvijver, Onderdijkstrate, Scheltakker, Verjannenvijver.
1643 : Aeldinghen, Cuenelare, Phooele, Moorhoofde, Muerkele, Ongherdijke, Ravescote, Wallandt, Wallerweghe.
Balgerhoeke en Raveschoot, welke beide zich op het grondgebied van Eekloo uitstrekken, doch vooral dit laatste is zeer oud.
Balgerhoeke, door het volk gewoonlijk Balverhoeke uitgesproken, komt onder deze benaming voor op de Kaart van Vlaanderen van Lodewijk de Vreeze (1792), op de kaart der wegen van het Koninkrijk der nederlanden, door Herisson (1831) en op de nieuwe kaart der provincie van Oost-Vlaanderen van D. van der Haeghen, uitgegeven omtrent 1830.
Volgens Dokter Snellaert zou het hier de plaats van den Balfart geweest zijn, t.t.z. de plaats waar men bij onze voorouders den doodenbrand vierde.
Deze verklaring van het woord balfart komt niet overeen met de denkwijze, daarover door Kervijn van Lettenhove, Kanunnik de Smet en Gheldolf, in den schoot der Belgische Academie van Wetenschappen, kunsten en letteren, uitgebracht.